Aangifte van overlijden

Wanneer iemand komt te overlijden, moet er aangifte van overlijden worden gedaan.

Dit gebeurt bij de gemeente waar het overlijden heeft plaatsgevonden.
Het hoeft dus niet de woonplaats van de overledene te zijn.

Waarom moet je aangifte van overlijden doen?

Aangifte van overlijden is noodzakelijk voor:

  1. Officiële registratie in de Basisregistratie Personen (BRP)
    Het overlijden wordt officieel vastgelegd in de BRP. Dit moet binnen zes werkdagen na het overlijden gebeuren.

  2. Verlof tot begraven of cremeren
    Dit verlof is nodig om de overledene te kunnen begraven of cremeren. Zonder dit document is dit niet toegestaan.

  3. Akte van overlijden
    Na de aangifte ontvang je een akte van overlijden. Dit document is belangrijk voor:

    • Het uitkeren van verzekeringen, subsidies en uitkeringen.

    • Het regelen van financiële zaken zoals hypotheken.

    • Het afhandelen van het nalatenschap.

  4. Verklaring van erfrecht
    Met de akte van overlijden kun je ook naar de notaris om een verklaring van erfrecht te verkrijgen. Deze verklaring bevestigt wie de erfgenamen zijn en wie bevoegd is om de nalatenschap af te handelen. De notaris baseert zich hierbij op de overlijdensakte, een eventueel testament, en de wettelijke regels.

Wie kan aangifte doen van overlijden?

De aangifte mag worden gedaan door:

  • Nabestaanden die dit zelf willen regelen.

  • Ik kan de aangifte, indien gewenst, voor jullie doen.

Wat gebeurt er tijdens de aangifte?

Bij de aangifte van overlijden wordt:

  1. Het overlijden officieel geregistreerd in de BRP.

  2. Een akte van overlijden opgesteld.

  3. Toestemming gegeven voor de begrafenis of crematie (schriftelijk verlof).

Daarnaast worden, indien nodig, de volgende instanties op de hoogte gesteld:

  • Belastingdienst

  • Centraal Administratiekantoor (CAK)

  • Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO)

  • Pensioenfondsen

  • Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW)

  • Sociale Verzekeringsbank (SVB)

  • Zorgverzekeraar

Wanneer aangifte doen?

De aangifte van overlijden moet binnen zes werkdagen na het overlijden plaatsvinden.
De begrafenis of crematie mag pas plaatsvinden na de aangifte en nadat de benodigde toestemming, het verlof, is verleend.
In Nederland moet een overledene volgens de wet worden begraven of gecremeerd tussen 36 uur en 6 werkdagen na het overlijden. Dit is vastgelegd in de Wet op de lijkbezorging. Als er om bijzondere redenen meer tijd nodig is, kan bij de gemeente uitstel worden aangevraagd. Hiervoor is toestemming van de burgemeester nodig.

Kosten

De kosten voor de aangifte van overlijden verschillen per gemeente. In de gemeente Boxtel zijn de kosten voor 2025 vastgesteld op €17,10.

Wat heb je nodig om aangifte van overlijden te doen?

  1. Verklaring van overlijden

    • Dit document wordt afgegeven door de arts die de overledene heeft geschouwd.

  2. Geldig identiteitsbewijs van de aangever

    • Dit kan een paspoort, ID-kaart of rijbewijs zijn.

  3. Geldig identiteitsbewijs van de overledene

    • Sommige gemeenten vragen hierom, dus neem dit voor de zekerheid mee.

  4. Gegevens van de overledene

    • Volledige namen, geboortedatum, geboorteplaats, burgerlijke staat, overlijdensdatum, tijdstip van overlijden, en overlijdensadres.

  5. Gegevens van het afscheid

    • Waar en wanneer vindt de begrafenis of crematie plaats?

  6. Optioneel: trouwboekje

    • Dit kan handig zijn om gegevens over de burgerlijke staat van de overledene te controleren.

Volgende
Volgende

Warme winter week